Marke |
Roco |
|
spoor |
HO spoor |
16,5mm |
Current |
AC |
|
product |
Elektrische Locomotieven |
|
Technologie & Model Informatie |
bedrijfsnummer |
116 006-8 |
Tractiebanden |
ja |
binnenverlichting |
Führerstand und Maschinenraum |
interieur |
Führerstand |
koppelingen |
NEM 362 koppelingsvak, kort koppelingsmechanisme, Roco korte koppelingen |
lengte (mm) |
187 |
licht |
3-Licht Spitzensignal & 2 Schlusslichter, mit Fahrtrichtung wechselnd |
schaal |
1:87 |
met motor |
ja |
vliegwiel |
ja |
Leeftijd informatie |
niet geschikt onder de 14 jaar |
Digital & Geluid |
Digitaal & Geluid ex fabriek |
|
land |
Duitsland |
DB |
era |
tijdperk IV (1965-1990) |
|
Model: Schaal HO AC. Elektrische locomotief 116 006 van de Deutsche Bundesbahn. Fijn gedetailleerd model met afzonderlijk bevestigde insteekonderdelen en een waarheidsgetrouwe replica van de Buchli-aandrijving.
Voorbeeld: De serie E 16 was het enige Duitse locomotieftype met Buchli-aandrijving. In 1923, na een langdurige aanbestedingsfase, bestelde het Beierse groepsbestuur van de Deutsche Reichsbahn aanvankelijk één en vervolgens, na een intensieve proefperiode, 16 extra sneltrein-elektrische locomotieven bij de BBC voor hun voor elektrificatie bestemde hoofdtrajecten, die moesten worden geleverd de typeaanduiding ES 1. De machines met de asopstelling 1'Do1' werden voortbewogen door een eenzijdig opgestelde enkelassige aandrijving, ontwikkeld door de Zwitserse ingenieur Buchli en in de SBB-serie Ae 3/6? naar tevredenheid gewerkt. In de in totaal 52 dienstjaren van de serie vernoemd naar het nieuw gentroduceerde aanduidingssysteem E 16 en vanaf 1968 116 bleek dit type aandrijving ondanks uitgebreid onderhoud zeer goed te zijn. De locomotieven zouden buitengewoon soepel rijden. In 1929 kocht de Reichsbahn nog vier machines van Krauss en BBC. Omdat ze ten opzichte van de eerste locomotieven enkele wijzigingen aan het frame en de constructie hadden ondergaan, werden deze voertuigen vermeld onder de serieaanduiding E 16.1. De 120 km/u-locomotieven bereikten een uurvermogen van 2.340/2.580 kW en een continuvermogen van 2.020/2.400 kW. In de eerste bedrijfsjaren behoorden de hoogwaardige sneltreinen vanuit München tot de taken van de E 16. Meestal vervoerden zij de snel- en sneltreinen in Beieren en naar Oostenrijk. Op het hoogtepunt van hun carrière vervoerden de machines drie F-treinen, waaronder de F 5/6 Orient-Express, en 42 paar D-treinen. Eind 1958 consolideerde de Bundesbahn alle E 16 op het depot Freilassing. Tot de jaren zeventig kon men niet zonder de betrouwbare locomotieven, die echter ook in Freilassing optimaal verzorgd en ondersteund werden. Het geplande gebruik van deze serie eindigde in 1978.