- Beschrijving
Marke | |
EK-Verlag | |
product | |
Catalogi, boeken en software | |
Technologie & Model Informatie | |
spoor | neutraal |
Leeftijd informatie | niet geschikt onder de 14 jaar |
304 pagina's, ca. 420 illustraties, formaat 210 x 297 mm, auteur: Zeno Pillmann.
De spoorlijn in Wuppertal bood ooit een buitengewone verscheidenheid en overvloed aan spoorlijnen, stations en langeafstands- en lokale spoorwegmaatschappijen. Elberfeld en Barmen waren het centrum van de vroege industrialisatie in Pruisen, en al in 1841 bereikten de eerste langeafstandsspoorlijnen wat later Wuppertal zou worden.
Vier particuliere spoorwegmaatschappijen legden in 1879 de hoofdlijnen aan die nog steeds bestaan. In 1944 telde Wuppertal 27 treinstations en haltes, en in 1953 kwamen er nog zeven bij. Tussen Barmen en Elberfeld werd in 1874 een door paarden getrokken tram geopend voor lokaal vervoer, die 22 jaar later werd omgebouwd tot elektrische aandrijving. Nadat de Barmer Bergbahn vanaf 1894 liep, heette deze de Valley Railway. In 1900 werd het huidige herkenningspunt van de stad, de hangspoorlijn van Wuppertal, in gebruik genomen.
Dit vierde deel van de spoorkroniek van het Bergisches Land toont het spoorwegverkeer in Wuppertal. Bij de beschrijving van het spoorwegbedrijf worden ook de twee aangrenzende opritroutes Erkrath - Hochdahl en Schwelm - Martfeld - Haspe in detail weergegeven, aangezien deze een aanzienlijke invloed op de exploitatie hadden. In 1949 bestond er al regulier lokaal vervoer, en een jaar later begon de push-pull-treindienst. Nadat de treinen meer wagons moesten vervoeren, was de trekkracht van de gebruikte verbrandingslocomotieven niet voldoende, zodat vanaf 1954 tien jaar lang push-pull-treinverkeer met stoomlocomotieven werd uitgevoerd. Ook wordt rekening gehouden met het verkeer en de exploitatie van kleine treinen, trams en de hangspoorlijn.